§7.5 The military revolution

The military revolution, militaire revolutie, is een ommekeer in militaire tactieken in Europa. In de 16e eeuw kwamen er grote infanterielegers en betere vuurwapens, waardoor er beter getrainde mannen nodig waren. Dit alles leidde tot stijgende kosten, waarvoor het geld ergens vandaan moest komen. Er kwamen financiële systemen en overheidsinstanties die dit gingen bijhouden en regelen, een vorm van rationalisering. Meer mensen waren nodig voor de ondersteuning van deze nieuwe manier van oorlog voeren.

Een nieuwe tactiek voor de infanterielegers was het in formatie blijven. Zo trainden legers om allemaal hetzelfde te reageren in de strijd, waardoor de groep bijeen blijft. Iets anders dat ze aanleerden was de contramars. Dit houdt in dat er in salvo’s wordt afgevuurd, waardoor de kracht ervan groter is.

Met name in Italië maakte de bouw van forten een grote ontwikkeling door. Ze werden geschikt gemaakt voor de nieuwe zware artillerie, zoals kanonnen. De aanwezigheid van een fort maakte dat een veldslag niet gebeurde. Hierop moesten de partijen dan hun strategie aanpassen. Deze nieuwe forten werden gemaakt in de vorm van een ster (zie de afbeelding bovenaan deze pagina).

Kleine landen kregen het niet voor elkaar om mee te gaan in deze revolutie. Het was te groot om zoiets op te zetten en ze werden dan ook verslagen door grotere staten. Zij konden dit wel organiseren en betalen en werden hierdoor de basis van de moderne staten. Tot die tijd liepen agrariërs vaak voorop in de strijd, met hun paarden en sterke mannen. Deze militaire revolutie konden zij niet bijbenen en daarmee verloren ze macht.

terug naar hoofdstuk 7naar depersonalisering vs. depersonalisatie (§7.5)