§8.3 Verkleinen van ongelijkheid

Niet iedereen participeert evenveel in de politiek. De hoeveelheid politieke participatie wordt onder andere beïnvloed door opleidingsniveau, religie, sekse en etniciteit. Een verhoogde participatie in de politiek zou kunnen leiden tot betere vertegenwoordiging van de verschillende sociale klassen. Het betrekken van het volk bij de besluitvorming zou op deze manier ook kunnen leiden tot minder sociale ongelijkheid. 

Hierin is de ontwikkelingsvisie te herkennen. De ontwikkelingsvisie ziet participatie als doel op zich. Meer participatie is vanuit deze visie altijd een goede ontwikkeling. Burgers willen politiek actief zijn: ze leren ervan en krijgen meer zelfvertrouwen en kennis wanneer ze mee mogen praten over grote politieke vraagstukken. Volgens deze visie is het uiteindelijk ook beter voor de democratie, want hoe meer mensen meedoen, hoe representatiever de besluiten worden.

Voorbeelden van burgerparticipatie in de besluitvorming zijn onder andere G1000 en de Nationale Denktank. G1000 is een stichting die is opgericht door betrokken burgers. G1000 organiseert burgerberaden, waarbij wordt geloot uit mensen die vervolgens mogen deelnemen aan de burgerberaden. Op deze manier hebben zij inspraak in het beleid. 

Een ander voorbeeld is de Nationale Denktank, waarbij studenten of net afgestudeerden zich vier maanden buigen over een maatschappelijk vraagstuk. In deze vier maanden ontwikkelen ze analyses en nieuwe ideeën voor het oplossen van de maatschappelijke vraagstukken. Ze wakkeren het publieke debat aan, denken mee over het politieke beleid en werken aan een concreet project. Op deze manier kun je als deelnemer echt impact maken.