§5.3 Mediaopvoeding

Hier vind je het onderzoek naar mediaopvoeding door ouders en de invloed op de schoolprestaties van kinderen:

Ouderlijke mediasocialisatie: hulpbron of handicap? Een studie naar de langetermijneffecten van mediasocialisatie op het onderwijssucces van kinderen. Door: Natascha Notten, Gerbert Kraaykamp en Wout Ultee

Onder het kopje ‘Data en meetinstrumenten’ kun je lezen hoe de onderzoekers zijn gaan operationaliseren en welke indicatoren ze gebruikt hebben. Zo is de variabele opleidingsniveau als volgt geoperationaliseerd:

Wat is uw hoogst genoten opleiding?

  • Basisschool, vglo
  • Lbo, huishoudschool, vmbo
  • Mulo, mavo
  • Havo
  • Kmbo, mbo
  • Atheneum, vwo, gymnasium
  • Hbo
  • Universiteit
  • Postdoctoraal

Om de variabele mediaopvoeding van ouders meetbaar te maken, is bijvoorbeeld de volgende vraag gesteld:

Hoe lang kijkt u gemiddeld televisie?

  • Weinig (minder dan 2 uur per dag)
  • Veel (meer dan 2 uur per dag)

Daarnaast wordt er in het onderzoek bijvoorbeeld ook onderscheid gemaakt tussen serieuze televisie en populaire televisie. De variabele populaire televisie wordt bijvoorbeeld als volgt geoperationaliseerd:

Kijkt u nooit, soms of vaak naar de volgende televisieprogramma’s?

  • Films en series
  • Shows en quizzen
  • Sport
  • Soaps

Het is dus altijd van belang om te weten hoe bepaalde variabelen geoperationaliseerd zijn en welke indicatoren er gebruikt zijn. Alleen dan kun je een juiste interpretatie maken van een onderzoek.