§14.6 De rechten van slachtoffers
Slachtoffers in Nederland hebben onder andere een spreekrecht, recht op informatie en slachtofferhulp en mogen een schriftelijke slachtofferverklaring opstellen. Naast deze rechten die in het boek al zijn genoemd, hebben slachtoffers nog meer meer. Zo kun je als slachtoffer bescherming krijgen, als je bijvoorbeeld bang bent dat je nog een keer slachtoffer wordt. Ook kun je bij de aangifte afspreken dat je naam en adres niet worden opgeschreven. Een ander recht, dat je waarschijnlijk heel logisch vindt, is dat een slachtoffer altijd een advocaat mag hebben. Slachtoffers die niet zo goed Nederlands kunnen, kunnen recht hebben op een tolk. Als het slachtoffer schade heeft, kan hij of zij een recht hebben op schadevergoeding. Een ander recht, dat misschien wat meer verrassend is, is dat slachtoffers het recht hebben om te vragen om contact met de dader of verdachte. Je kunt dit dan aanvragen via Slachtofferhulp Nederland. Als de dader of verdachte ook contact wil, dan kun je contact hebben. Slachtoffers kunnen dan bijvoorbeeld een brief sturen.
Als het Openbaar Ministerie besluit dat er geen strafzaak komt tegen de verdachte, heeft het slachtoffer het recht om een klacht op te sturen naar het gerechtshof. Zij kijken er dan nog een keer naar en beslissen of er toch een strafzaak komt. Slachtoffers die moeten getuigen in een rechtszaak, hebben recht op vergoeding van gemaakte kosten hiervoor, zoals bijvoorbeeld reiskosten. Tenslotte over het recht op informatie: dit gaat niet alleen over informatie tot aan een eventuele rechtszaak, maar ook over verlof, vrijlating of ontsnapping van de dader daarna.
In onderstaande video van het Openbaar Ministerie wordt stap voor stap uitgelegd wat er allemaal gebeurt van aangifte tot vrijlating en welke rechten een slachtoffer heeft.
In 2018 kwam het ministerie van Justitie en Veiligheid met het voorstel om een verdachte verplicht aanwezig te laten zijn bij de behandeling van het idee. Wanneer een slachtoffer dan zijn spreekrecht gebruikt, is het zeker dat de verdachte dit hoort. Er zijn echter ook tegenstanders van dit idee, namelijk Nederlandse rechters. Zij vinden het onverstandig om zo’n verschijningsplicht in te stellen.
terug naar hoofdstuk 14